Utrechtse Parentelen voor 1650, deel 1 blz 72/73
V-18. Marten Jansz. van Oostrum, geb. ca. 1565,385 burger, houtkoper en kistenmaker te Utrecht, woont aan de westzijde van de Oudegracht tussen de Geerte- en de Smeebrug, waar de Groenenberch uithangt (testament in 1613386), begr. Utrecht (St.Geertruidenkerk) 4-1-1623,387 73 tr. 1e voor 1598 Marichgen Jansdr. van Upen, overl. voor 1607, tr. 2e Utrecht 17-1-1608 Marichgen Gerritsdr. van der Lith, uit Wijk bij Duurstede, aan de Zoutmarkt (1658), overl. aangeg. Utrecht 2-8-1658 (nalatendeman en mondige dochter, begr. St. Jacobskerk), dochter van Gerrit Gerritsz. van der Lith, schepen aldaar (1579,388 1589389), en Aertgen Martensdr. [van Emmenes],390 zij hertr. voor 30-8-1644 Jacob Noorman met wie zij dan testeert,391 wonend in deHoge Marssegast. Marten van Oostrum komt voor bij diverse transacties samen met of namens zijn zusters: zo wordt in 1595392 een huis aan de Groensteeg verkocht en in 1598393 een rentebrief. In 1607394 verklaart hij zijn beide zoons Jan en Dirckduizend gulden schuldig te zijn als uitkoop van hun zaliger moeder Marichgen van Upen en hij stelt daartoe als onderpand zijn huis aan de Oudegracht. In 1620395 verklaart Dirck dat hij erfgenaam is van zijn broer Jan en dat hun vader hem van deerfenis van zijn moeder volledig heeft voldaan. In 1620396 neemt Marten met zijn tweede vrouw opnieuw een plecht op zijn huis (Westzijde Oudegracht in de Jufferenstraat) waarbij zijn zoon Dirck, oud 21 jaar, borg wordt. Booth had al in de 17deeeuw oog voor de relatief eenvoudige afkomst van deze kinderen Van Oostrum van wie de vader biertapper was. Opvallend is dat op het eind van de 16de eeuw de familie met de naam De Wit voorkomt. Begin 17de eeuw voert men dan opeens weer degeslachtsnaam Van Oostrum. Hiervoor is geen verklaring gevonden: mogelijk sloot de naam Van Oostrum beter aan bij de ambities van met name Martens zusters die respectievelijk met een Jonker Van Zuylen en een Jonker Turck gehuwd waren.
Datum | Inhoud | Bron |
---|---|---|
30-08-1620 | Overdracht - van 3 rentebrieven ten laste van ridderschap, edelen en steden van Holland en West-Friesland | https://hetutrechtsarchief.nl/collectie/6CDBEA8669C72A7DE0534701000A967C |
Aangemaakt op 2-1-2024 14:58:00